Honing Kristalisatie
De kristallisatie van honing is afhankelijk van het fructose-, glucose- en watergehalte. Met een hoog glucosegehalte vormt de honing snel kristallen en wordt vast. Bloesemhoning heeft meestal een hoger aandeel glucose en kristalliseert sneller. Deze omvatten koolzaad-, paardenbloem- en lindehoning. Fructose daarentegen neemt veel vocht uit de lucht op. Vooral boshoning bevat veel fructose en kristalliseert slechts langzaam. Acacia-, dennen- en boshoning zijn vanaf het begin vrij vloeibaar. Het hoge fructosegehalte voorkomt snelle kristallisatie.
De grootte van de kristallen heeft ook invloed op de consistentie van honing. Kleine kristalstukjes zijn smeerbaar, terwijl grote kristallen een korrelige consistentie hebben. Honing met een laag watergehalte van 17 procent stolt sneller. Het bewaren van de honing in de koelkast versnelt ook de kristallisatie.
De industrie filtert honing meestal extra fijn en verwijdert er stuifmeel van. De honing blijft langer vloeibaar, maar verliest ook waardevolle ingrediënten. Imkers roeren honing die de neiging heeft te kristalliseren tot ze romig is. Ze breken de kristallen stukken. De honing blijft natuurlijk en verliest geen waardevolle voedingsstoffen of aroma's.
Hoe wordt honing weer vloeibaar?
Gekristalliseerde honing heeft qua smaak geen nadelen. Integendeel, het aroma lijkt op verse honing uit de kammen. Als je nog steeds waarde hecht aan een romige consistentie, kun je honing langzaam opwarmen in een waterbad. Hierdoor wordt de vaste structuur vloeibaar en wordt het natuurproduct weer smeerbaar.
De temperatuur van 40 graden mag niet worden overschreden en constant roeren wordt aanbevolen. Te veel warmte vernietigt de gezondheidsbevorderende stoffen in het natuurproduct. Verwarmen in de magnetron is ook niet aan te raden.
Als de honing kristalliseert nadat je hem hebt gekocht, weet je nu waarom en hoe je de honing weer vloeibaar kunt maken.